Het goede Franse leven proef je (letterlijk) tijdens een fiets-vaarvakantie door Bourgondië. Blogger Jessica de Korte was een week mee op het schip Fleur. Ze fietste van het middeleeuwse Moret-sur-Loing naar wijnstad Auxerre, met onderweg de mooiste natuur en ontmoetingen. Denk aan een cidermaker, musicerende café-uitbater en wijnboer, maar natuurlijk ook de mensen aan boord.
Een zwaan strijkt neer op het water. Kikkers kwaken. Sloom varen we over de Yonne, een zijrivier van de Seine, in de Bourgogne. Op de oevers staan charmante huizen met luiken voor de ramen. Zo nu en dan doemt een smal sluisje op, waar de schipper zijn schip behendig doorheen manoeuvreert. Dan is het wachten op het bereiken van het juiste waterniveau. Of je wilt of niet, op of dicht bij het water val je automatisch in een trager tempo. De werkstress van thuis is in één keer verdwenen.
Een week lang ben ik aan boord van Fleur, een sfeervol boutique-schip met tien hutten. Ons beginpunt: Moret-sur-Loing, een middeleeuwse stadje, zeventig kilometer zuidoostelijk van Parijs. De impressionistische kunstenaar Sisley klapte zijn schildersezel hier graag uit, met op de kade de Notre-Dame en stenen poorten. Vanaf het stadje volgen we de rivier Yonne richting Auxerre. Honderd vaarkilometers, 160 tot 260 fietskilometers, afhankelijk van de routes die ik straks kies.
De groep: van boswachter tot accountant
Tijdens het fietsrondje op de eerste dag leer ik al snel de andere gasten kennen. Bob uit Colorado blijkt een landschapsfotograaf, zijn Engelse vrouw is natuuronderzoeker. Karen en Chuck komen uit Miami en zijn allebei advocaat. In het gezelschap zitten verder een boswachter, een paar artsen en een accountant. We delen verhalen over onze levens op verschillende plekken in de wereld. David, de boswachter, wijst aan wat we onderweg zien: velden met tarwe, gerst, raap- en koolzaad.
Fleur, het schip, is charmant. Ze is vrij smal, zodat ze door de sluizen kan. Binnen voelt het alsof je in een huiskamer zit. Hier werkt alles op goed vertrouwen. Pak zelf een wijntje (de Chardonnay is verrukkelijk!) en vink het aan op de lijst. Na een rondwandeling door Moret-sur-Loing en een duik in de rivier, zie ik vanaf het dek de zon ondergaan. De zwaluwen en libellen maken plaats voor vleermuizen. Eigenlijk wil ik geen afscheid nemen van het vertederende plaatsje, maar ik kijk uit naar wat komen gaat.
Klaprozen en struisvogels
In de vroegte varen we de volgende dag, tijdens het ontbijt, naar de stad Montereau-fault-Yonne, waar we op de fiets stappen. Iedere dag is er de keuze uit een kortere en langere route. De ene groep gaat mee met reisleider Tamara, die Nederlands-Italiaans is en later deze week haar muziektalenten zal laten horen, de andere groep met Marcel. Soms treffen we elkaar, bij een mooie picknickplek bijvoorbeeld. Zonnebloemvelden en klaprozen volgen elkaar rap op. Dan staan daar ineens een paar struisvogels. Huh?
“De struisvogels maken deel uit van een fokprogramma,” vertelt reisleider Marcel. “Sommige gaan helemaal naar Afrika.” De beesten zijn net zo nieuwsgierig als wij; ze strekken hun lange hals uit en steken hun snavels boven het hek uit. Het zorgt voor een hoop gelach. Niet veel later fietsen we langs een menhir, een metershoge staande steen, midden in een veld, door mensen neergezet in de late steentijd. Tamara: “Misschien kennen jullie de stenen van de stripverhalen van Asterix? Obelix droeg ze op zijn rug.”
De mooiste stadjes
De volgende dagen fietsen en varen we verder richting het zuidoosten. We blijven dicht bij de oevers van de Yonne, of trekken de heuvels in. Vaak ligt het schip ’s avonds bij een mooie stad, zoals Sens, waar de bewoners hun huizen bouwden van Romeinse restanten. “De vakwerkhuizen zijn onderop zo smal, omdat de belasting was gebaseerd op de breedte van het huis,” vertelt de stadsgids, die een charmante rieten hoed draagt, met een strik achterop. De reisleiders vertalen haar rappe Frans, dat klinkt als een elegant liedje.
Bij de kathedraal wijst de stadsgids naar de beelden zonder hoofden, direct boven de deur. Tijdens de Franse Revolutie kregen de kerken het zwaar te verduren. Later zie ik dat ook in andere stadjes een hoop gebeeldhouwde figuren zonder hoofd door het leven moeten gaan. Dat was me in deze streek nooit eerder opgevallen. Bourgogne heeft een lange geschiedenis als koninkrijk en hertogdom en was eeuwenlang een belangrijk machtscentrum. Tot de Franse Revolutie vormde het een zelfstandige provincie.
Cider- en wijnboerin
De ontmoetingen met lokale bewoners brengen de reis nog meer tot leven. Reisleiders Tamara en Marcel kennen alle leuke adresjes. Ergens in de middle of nowhere serveren de lachende eigenaars van bar-restaurant Le Sabbatin verse croissantjes, en geeft manlief spontaan een concert op een trompet. Louisette Frottier is alweer de zesde generatie die in Vaudeurs cider maakt. Het kleine vrouwtje toont hoe ze met haar man honderden kilo’s appels platwalst. Ze zet de pers in werking door in een houten rad te lopen.
Ook leuk: de wijnproeverij bij Earl du Bourg in Senan. Aurélia Crépin schenkt de ene na de andere wijn in. Bourgogne Blanc, Vin de l’Yonne, Le Cherche Chaud en, onze favoriet, Ratafia: een zoete wijn, de smaak versterkt door fruitpitten en kruiden. Op de terugweg naar het schip zijn de fietstassen een stuk zwaarder! Twee dagen later proeven we de mousserende Crémant de Bourgogne bij Les Caves Bailly Lapierre. Door een (ijskoude) tunnel fietsen we naar de wijnkelders, die zich 50 meter onder de grond bevinden. Niet veel later klinken we de glazen.
Sluisjes
Zo nu en dan ontmoeten we het schip, dat door alle sluisjes trager reist dan wij dat doen. Op de oever heb je weer een heel ander zicht op het hele gebeuren dan aan boord. De sluiswachter komt op zijn brommertje aanrijden en draait de sluisdeuren open. Het schip vaart het middenvak in, de zogenaamde sluiskolk, waarna de deuren sluiten. Met een flinke vaart stroomt via een luik het water naar binnen. De waterstand stijgt, zodat het schip als het ware wordt opgetild. Op die manier lukt het toch om bergop te varen.
Eenmaal in Auxerre genieten we aan boord nog één keer van de kookkunsten van de Baskische kok Asier. Bijzonder hoe hij in zo’n kleine keuken toch iedere keer weer de meest indrukwekkende driegangenmenu’s tevoorschijn weet te toveren, goed rekening houdend met mijn glutenvrije dieet. Een dag later is het afscheid. Dikke omhelzingen volgen, e-mailadressen worden uitgewisseld, ik hoor de wijnflessen rinkelen in mijn tas. Eenmaal in de trein besef ik dat ik het fijne vaar- en fietstempo, en de heerlijke gesprekken, enorm ga missen.
Meer zien?
Ook zo onder de indruk van Jessica’s Franse avontuur? Klik hier en bekijk haar volledige reisverslag in de video!
Klaar om te gaan?
Wilt u uw fiets-vaarvakantie meteen plannen? Bel ons op 020 72 35 400 of mail naar [email protected] en we helpen u graag. Tip: schrijf u in voor onze nieuwsbrief en blijf altijd op de hoogte van onze nieuwste reizen en mooie aanbiedingen!
Plan uw reis